De Noorse illustrator Øyvind Torseter won met zijn bijzondere prentenboek Het gat het Gulden Palet 2016. Nu is er weer een nieuw boek van hem verschenen met dezelfde hoofdpersoon: Kleine Broer.
Het verhaal in Kleine Broer is gebaseerd op een sprookje dat nog stamt uit de Noorse verteltraditie en ooit werd opgetekend door Asbjørnsen en Moe. Torseter heeft echter met zijn unieke prenten en humor zijn eigen draai aan het verhaal gegeven. ‘Er was eens een koning die zeven zonen had…’ Het sprookje begint traditioneel met een inleidend stuk tekst, maar op de volgende pagina gaat het boek al verder als beeldverhaal. Kleine Broer heeft een serieuze missie: zijn broers terugvinden. Zijn zes broers zijn ooit de wijde wereld ingetrokken om een vrouw te vinden, maar keerden nooit terug naar het paleis. Ze hadden hun zes bruiden wel gevonden, maar ze vergaten helemaal dat ze ook een vrouw voor Kleine Broer zouden meebrengen en op de terugreis werden ze in steen veranderd door een trol.
Kleine Broer gaat op weg met zijn paard, die de hele tijd hilarische opmerkingen maakt omdat hij helemaal geen zin heeft in een avontuur. Onderweg vindt hij een saxofoon en komt hij een olifant tegen die in een val zit. Met zijn bijl redt hij de olifant en die belooft hem vervolgens in de toekomst te helpen in geval van nood. Het paard is bang voor wolven en opeens staat er ‘s avonds één bij hun kampvuur. Hij wil het paard verorberen, maar Kleine Broer bedenkt snel een plannetje om via de wolf de verblijfplaats van de trol te achterhalen en gaat er dan snel op zijn paard vandoor. De volgende dag is het zover: Kleine Broer beklimt de berg van de trol. En ja hoor, voor de deur van de trol staan zijn broers van steen.
Kleine Broer gaat de grot binnen en legt een parcours af. Uiteindelijk komt hij terecht in het huis van de trol, waar een prinses hem verwelkomt. Zij waarschuwt hem meteen; haar redden is onmogelijk, want niemand komt levend uit de grot vandaan. ‘Maar ik zal je even rondleiden voordat hij je doodt.’ Volgens de wolf moest Kleine Broer het hart van de trol kapotmaken om vrij te kunnen zijn. Terwijl Kleine Broer zich verstopt, probeert de prinses te ontfutselen waar de trol zijn hart bewaart. Het zit namelijk niet in zijn lichaam, maar ligt ergens veilig opgeborgen. De trol geeft telkens een nieuwe plaats aan, maar als ze daar gaan zoeken vinden ze niets. Achteraf blijkt telkens dat de trol gelogen heeft…
De trol schreeuwt bovendien voortdurend alles bij elkaar, maar de prinses raakt er niet van in de war – ze is eraan gewend geraakt. ‘Het ruikt hier nog steeds naar mensenbotten,’ schreeuwt de trol. Hij ruikt Kleine Broer, maar weet niet dat deze in zijn huis is en zich heeft verstopt. ‘Eet je lekkere pap nou maar op,’ reageert de prinses kalmpjes. ‘s Nachts, als de trol slaapt, gaan Kleine Broer en de prinses steeds weer op zoek naar het hart.
Maar op een dag moét de trol het wel vertellen; hij kan zijn grote geheim niet langer voor zijn prinses verborgen houden. Zijn hart zit in een jampot die in de onderste lade van een archiefkast ligt en deze kast staat in de grot van de reuzenoctopus, die zich in de kelder bevindt. Kleine Broer gaat de uitdaging aan: hij wil het hart te pakken krijgen. Onderweg moet hij vele obstakels zien te overbruggen. Zal ook dit sprookje goed aflopen?
Kleine Broer is een prachtig boek, dat je ook gerust een kunstwerk kunt noemen. Er is namelijk veel zorg besteedt aan de vormgeving van het boek en de illustraties van Øyvind Torseter zijn uniek en fantastisch om naar te kijken. Wanneer je het verhaal herleest zal je dan ook telkens weer nieuwe dingen ontdekken in dit gedetailleerde beeldverhaal dat verwijst naar een boeiend sprookje uit de Noorse geschiedenis. Bovendien is de humor in dit boek fenomenaal. Je kunt niet anders dan hardop lachen om het nukkige paard dat helemaal niet zit te wachten op een zoektocht naar de broers. Ook de slimme prinses is gevat en weet haar trol telkens om de tuin te leiden. In woord én beeld weet Torseter deze humor te vatten.
Het hoofdpersonage van het 120 pagina’s tellende boek mag dan wit zijn en een simpel uiterlijk hebben, toch weet Torseter zijn expressie goed neer te zetten door middel van minieme aanpassingen. De trol is precies het tegenovergestelde van Kleine Broer; hij heeft een complex uiterlijk en als hij wat zegt dan wordt de lucht zwart om zijn geschreeuw te accentueren. Zo wordt het verschil tussen de kleine held en de grote, boze trol alleen nog maar duidelijker. In de nabijheid van de trol worden zwart en rood gebruikt, daarbuiten is het telkens lichter en voornamelijk geel en oranje. Dit kleurenspel gebruikt Torseter om het verschil tussen goed en kwaad te benadrukken. Dat er soms een vreemd object als een saxofoon voorbij komt draagt alleen maar bij aan de originele vorm waarin dit verhaal gegoten is: sfeervolle beelden en vele grappen tijdens een serieuze missie.
Titel: Kleine Broer
Auteur: Øyvind Torseter
Uitgeverij: De Harmonie
ISBN: 9789463360159
Voor kinderen tussen de 6 en 12 jaar.
Lees ook:Trol en het verdwenen zusje – Adam Stower
Lees ook:De prinses en de reus – Caryl Hart
Lees ook:De hongerige trol – Elli Woollard
Lees ook:Sneeuwwitje – Xavier Deneux
Lees ook:Ik wil een verhaal! (De Kleine Prinses) – Tony Ross