Nederlandse Vmbo-leerlingen begrijpen gewone teksten beter dan speciaal voor hen vereenvoudigde lesboeken. Dat blijkt uit onderzoek van neerlandica Jentine Land aan de Universiteit Utrecht.
Zwakke lezers
Vmbo-leerlingen begrijpen teksten met korte zinnen en zonder moeilijke woorden helemaal niet beter dan teksten met langere zinnen voorzien van woorden die verbanden leggen, zoals ‘omdat’ of ‘daarom’. Dat is een van de vaststellingen die Land beschrijft in haar proefschrift ‘Zwakke lezers, sterke teksten? Effecten van tekst- en lezerskenmerken op tekstbegrip en tekstwaardering van vmbo-leerlingen.’
Leesbaarheidsformule
Land analyseerde boeken voor de vakken geschiedenis, aardrijkskunde, economie en wiskunde en ontdekte dat hele lesmethodes uit zulke korte, losse zinnen bestaan. Uitgevers gaan volgens haar uit van de leesbaarheidsformule: hoe korter de zin, hoe makkelijker. Daarbij zien ze over het hoofd dat het onmogelijk wordt verbanden te zien als je de woorden weghaalt die de structuur aanduiden.
Personages
Soms worden leerteksten in leerboeken voor vmbo-leerlingen ook aantrekkelijker gemaakt door een personage toe te voegen. Het is immers goed voor te stellen dat de leerlingen een tekst over een jongere van hun eigen leeftijd die van alles meemaakt, leuker vinden dan wanneer de tekst jaartallen en feiten beschrijft. Maar zij begrijpen zulke teksten niet beter dan ‘saaie’ teksten. Uit het onderzoek van Land blijkt namelijk dat vmbo-leerlingen saaie teksten zónder personages of leuke beschrijvingen beter onthouden en begrijpen dan teksten die zijn opgeleukt met fictieve personen die dingen beleven en met elkaar praten.
[Bron: Universiteit Utrecht, Villakakelbont]
Lees ook:Gewicht van water – Sarah Crossan
Lees ook:Een kus van mij – Aag Vernelen
Lees ook:Lexicon kindertaal
Lees ook:Onderzoek naar effect peuterprogramma´s
Lees ook:Tweede taal beïnvloedt moedertaal